Graaf Floris is een zwakkeling! Ontevreden Kennemers slaan aan het rellen nadat ze horen dat zijn tocht naar Friesland op een mislukking is uitgelopen. Wij doen ook mee, roepen mannen in Waterland. Gilden van het Amstelland sluiten aan. Eropaf! Op ze inhakken, is het advies van edelen aan Floris, maar die besluit boeren en burgers voor zich te winnen met privileges die hen juist beschermen tegen de adel. Die kan alleen maar terugschelden: der keerlen god!
Floris V en de opstand in Kennemerland
De dertiende eeuw is de roerige tijd van bisschoppen, hertogen en graven. Het graafschap Holland valt in die tijd onder het Duitse Keizerrijk, waarvan Floris’ vader graaf Willem II koning is. Op het jachtterrein Den Haag laat hij, ter voorbereiding op het keizerschap, een troonzaal bouwen. De paus nodigt hem uit voor de kroning, maar Willem wil eerst nog een intern conflict met de Friezen oplossen. We pakken hem! De tocht wordt Willem fataal. De Duitse kroon gaat over op het geslacht Habsburg en de troonzaal, die door Willems zoon Floris V wordt voltooid, komt slechts bekend te staan als De Ridderzaal. Floris’ eerste daad als graaf is een tocht naar Friesland om de dood van zijn vader te wreken. Het mislukken van die tocht wordt door de inwoners van Kennemerland (zeg maar grofweg het duingebied boven de bollenstreek), Waterland (het gebied boven Amsterdam) en Amstelland aangegrepen om in opstand te komen. In al dat rumoer wordt een pril, naamloos nederzettinkje aan de Amstel door Floris’ soldaten geplunderd.
Het tolprivilege
Leiden, 27 oktober 1275. Klerk Hendrik Allardszoon schuift zijn heer Floris V een piepklein papiertje onder de neus. Wilt u het verzegelen heer? Routinematig plaatst Floris zijn zegelstempel in de klomp bruine was die aan het papiertje hangt. Heeft hij de tekst zelf wel gelezen? ‘Wij, graaf Floris, beloven aan de bewoners bij Amestelledamme dat zij, ter compensatie van de schade u door ons en de onzen berokkend, voortaan geen tol meer hoeven te betalen voor al die goederen die zij door ons graafschap vervoeren.’ Floris heeft iets goed te maken en daar is hij goed in, god van de keerlen, de kerels, de burgers en de boeren.
Verjaardag van Amsterdam
Is het voor Floris een routineklus – hij schenkt zo vaak privileges – voor Amsterdam is het Tolprivilege een geitenvelletje (dat heeft men af kunnen leiden uit de haarvaten) van onschatbare waarde. Het is namelijk het eerste geschreven document waarin het gehucht aan de Amstel een naam krijgt: Amestelledamme. Vandaar dat het ook wel de geboorteakte van de stad wordt genoemd en de datum van uitgifte – 27 oktober – is gaan gelden als de verjaardag van Amsterdam. De stad wordt dus dit jaar 746 jaar oud. Het Stadsarchief maakt er jaarlijks een feestje van door het privilege rond de 27e tentoon te stellen en ook de Vereniging Vrienden van de Amsterdamse Binnenstad heeft er een traditie van gemaakt om op de 27e feest te vieren met de Geurt Brinkgreve-lezing en gebak van Holtkamp. En over vier jaar is het groot feest: Amsterdam bereidt zich voor op haar 750-jarig bestaan.
Het ontstaan van Amsterdam
Dat is nu. Maar hoe belangrijk was het Tolprivilege destijds eigenlijk? Om antwoord te geven op die vraag neem ik je mee naar het vroegste begin van onze hoofdstad. De oudst gevonden sporen van bewoning zijn van rond het jaar 1200. Dat op deze plek een stad van wereldformaat zou ontstaan was eeuwenlang uiterst onwaarschijnlijk. Bertus Aafjes zei niet voor niets: ‘God heeft de wereld geschapen, maar Amsterdam hebben we zelf gemaakt.’ Als aan de oorlogen na het uiteenvallen van het rijk van Karel de Grote eindelijk een einde komt, groeit de bevolking en wordt vanaf de elfde eeuw het Amstelland ontgonnen. Vanuit Ouderkerk trekken de kolonisten richting het laagstgelegen punt, de monding van de Amstel, het afvoerputje van het ontgonnen land. Hier ontstaan in de loop van de dertiende eeuw vijf buurten langs het tracé van de Nieuwendijk en de Kalverstraat en aan de andere kant van de Amstel langs Warmoesstraat en Nes.
Waarschijnlijk in de jaren voorafgaand aan 1275, het jaar van het Tolprivilege, worden deze buurten met elkaar verbonden door een Dam in de Amstel om de bewoners te beschermen tegen het water van de Zuiderzee. De nederzetting bestaat op dat moment uit ongeveer 1000 inwoners.
Belang van het tolprivilege
We zakken met het jaar! Het graan rot weg. Er groeit hier niets meer. Het tolprivilege geeft de bewoners van Amestelledamme vrijheid om hun goederen in het graafschap Holland te verhandelen zonder tol te hoeven betalen bij tolplaatsen als Dordrecht en Gouda. Om welke goederen gaat het? In ieder geval niet om landbouwproducten. Tot hun schrik merken de bewoners van het Amstelland dat hun ontginningswerkzaamheden een dramatisch gevolg hebben: de veengrond klinkt in en wordt te drassig voor landbouw. Hoe snel dit gaat bewijzen opgravingen aan de Nieuwendijk: een huis dat binnen een eeuw tien keer een opgehoogde vloer heeft gekregen. De kolonisten kunnen turf steken en riet snijden, maar het meest voor de hand liggend is dat zij hun inkomsten halen uit het water. Kom, we gaan vissen. Uit archeologische vondsten weten we dat er in deze tijd een aantal ambachtslieden in de stad aanwezig zijn, waaronder een smid en een kopergieter. Waarschijnlijk is de nederzetting aan de Amstel grotendeels zelfvoorzienend en worden de producten van deze ambachtslieden niet buiten het gebied verhandeld. Wellicht is er een vorm van tussenhandel, maar uit geen enkele bron blijkt dat de kolonisten aan de Amstel deelnemen aan handelsverkeer buiten Holland.
Amestelledamme
Amsterdam is een laatbloeier. Rond 1300 krijgt het plaatsje stadsrechten. Ter vergelijk: in Utrecht is dat al in 1122 het geval. Wat precies het belang van het tolprivilege is geweest voor de groei van de nederzetting bij de Amstel blijft voor een groot deel gissen. Nieuwe impulsen als de overslag van handel bij de Dam en de Biertax uit 1323 bevorderen verdere groei. Wellicht heeft het tolprivilege de kolonisten aan de Amstel zelfvertrouwen geschonken. We stellen iets voor, want we hebben een naam: Amestelledamme. Floris V heeft er niet van kunnen meegenieten. Twintig jaar na de uitgifte van het tolprivilege wordt hij op even brute wijze als zijn vader vermoord bij het door hemzelf gebouwde Muiderslot.
Bekijk hier een gedetailleerd 3D-model van het Tolprivilege.